maandag 11 februari 2019

EEN BACH TROMPETJE IN DE TUIN

Van de week weer mijn eerste zingende Heggenmus gehoord. Dat bood mij de gelegenheid om de vergelijking met een Bachtrompetje weer eens op waarheid te toetsen. Die vergelijking maakte Frans van der Helm in de NRC van 3 april 2017. Uiteraard produceert de Heggenmus geen citaten uit Bach’s trompetsolo’s. Maar het kenmerkende hoge, schelle en golvende in de strofen is in meerdere van die solo’s  terug te horen. Luister maar eens naar het begin van de cantate BWV 147 Herz und Mund und Tat und Leben . Of naar het begin van cantate BWV 51 Jauchzet Gott in alle Landen. Voor wie meer van populaire muziek houdt: halverwege in Penny Lane van de Beatles zit ook een erg mooie Heggenmus, eh Bach trompet.
Overigens is in het geheel niet bekend hoe de trompet die Bach voorschreef eruit zag. In ieder geval had die geen pistons zoals hedendaagse trompetten, die zijn pas in het begin van de 19e eeuw uitgevonden. Waarschijnlijk was het een natuurtrompet of een cornetto, een soort blokfluit met een mondstuk dat je op je lippen drukt. De zang van de Heggenmus is ook al behandeld in de post van 7 februari 2014 en werd daar vergeleken met een piepende kruiwagen. Welbeschouwd een voor de Heggenmus tamelijk beschamende vergelijking. De link naar Bach zal hem best bevallen.

Literatuur D. Smeets: De trompet 
Frans van der Helm: Piejoet pjiew, tixí tixí trruuoe

Geen opmerkingen:

Een reactie posten