vrijdag 16 januari 2015

LEVENDE VOGELS IN DE MUZIEKZAAL

Eén manier om vogelzang in je muziekstuk op te nemen is in deze blog nog niet besproken namelijk de vogels zelf te laten optreden. Het lijkt onvoorstelbaar, maar ook hiervan zijn voorbeelden bekend. Het mooiste is naar mijn mening de aria Augelletti che cantate uit de opera Rinaldo van Händel. Het hoofdthema van de opera is de liefde tussen Almirena, dochter van de kruisvaarder Godfried van Bouillon en Rinaldo, een ridder uit zijn gevolg. Ze hebben afgesproken in een tuin. Tijdens het wachten zingt Almirena:

 ‘Vogels die zingen
Zachte winden die
Rond om mij zuchten
Zeg mij, waar is mijn geliefde?’

Händel probeert de sfeer van de tuin weer te geven via een lange intro van het orkest waarin op verschillende manieren vogels te horen worden gebracht. Hij had de muziek niet volledig uitgeschreven in noten, het orkest mocht er voor een deel haar eigen invulling aan geven, wat nog steeds gebeurt. Zo hoor je in sommige uitvoeringen naast de fluit ook vogelfluitjes. Bijzonder was de aanwezigheid van levende mussen op het toneel tijdens de première in 1711. Niet alle operabezoekers vonden dit even leuk, er waren al genoeg mussen op plaatsen waar ze niet thuishoorden, en deze kreeg je natuurlijk nooit meer weg.
Geen goed idee dus bij een opvoering in het Concertgebouw.


George Hogarth ‘Memoirs of the Musical Drama’.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten